Verdord landschap, een overrijpe vrucht
Eindeloos uitzicht, schone blauwe lucht
Ergens ver weg op een overbevolkt strand
Roodgloeiend, menig voetkussen verbrandt
Traag bewegende bomen blijven vertellen
Insecten schuilen, reptielen vervellen
Eikenbladeren donkerbruin gebrand
Nacht rolt langzaam naar de andere kant
Zachtjes ingeslapen, het laatste krekelgeluid
Enkele rovers verschijnen in camouflage huid
Vroegte, het mistgordijn sluipt in de ochtendstond
Elke dag zon, goudglans op ondoordringbare grond
Nergens een wolkje aan de hemel, zalig warmtefront